Er wordt steeds meer aandacht besteed aan de potentiële impact van de aanwezigheid van microverontreinigingen in ons leefmilieu en aan hoe we die polluenten kunnen verwijderen. Die aandacht vind je zowel binnen de herziening van de Richtlijn Huishoudelijk Afvalwater, de Kaderrichtlijn Water, de Industriële Emissierichtlijn, als Reach. 

Kaderrichtlijn water en dochterrichtlijnen

Op woensdag 24 april 2024 hebben de Europese Parlementsleden hun onderhandelingspositie kenbaar gemaakt rond de herziening van de Kaderrichtlijn Water en haar dochterrichtlijnen: prioritaire stoffen en grondwater. Zo worden er nieuwe en strengere normen voorgesteld voor verschillende pesticiden, farmaceutische stoffen en PFAS. Bovendien vraagt het Parlement dat verschillende andere stoffen zoals microplastics en antimicrobiële resistente micro-organismen worden toegevoegd zodra daarvoor geschikte monitoringsmethoden zijn ontwikkeld. Het Parlement stelt ook dat producenten van producten die vervuilende stoffen bevatten, moeten bijdragen aan de kosten van monitoring. Op die zogeheten producer responsibility werd recent ook dieper ingegaan tijdens het startevent van het Interreg Vlaanderen-Nederland project Schone Waterlopen door O3G.  

Richtlijn Stedelijk Afvalwater

De compromistekst die werd uitgewerkt onder het Belgische voorzitterschap werd in maart 2024 zowel door de lidstaten aanvaard als door het comité Leefmilieu van het Europees Parlement. De tekst ondergaat nu nog een laatste juridische en taalkundige controle en zal uiteindelijk door het nieuwe Europees Parlement in het najaar worden bekrachtigd. De lidstaten moeten zorgen voor de omzetting ervan tegen het voorjaar van 2027. Binnen die richtlijn is er expliciete aandacht voor de verwijdering van micro-polluenten:

  • De nieuwe EU-richtlijn maakt quaternaire zuivering verplicht voor alle huishoudelijk afvalwaterzuiveringsinstallaties van 150.000 inwonerequivalenten (IE) en meer. Deze eis zal geleidelijk worden ingevoerd tot 2045, met duidelijke tussentijdse doelstellingen. Quaternaire behandeling richt zich hierbij op het verwijderen van organische micropolluenten met bijzondere aandacht voor geneesmiddelen (art. 8).
  • Daarnaast moeten lidstaten tegen 31 december 2030 een lijst opstellen van gebieden op hun nationale grondgebied waar de accumulatie van microverontreinigingen uit huishoudelijke afvalwaterzuiveringsinstallaties een risico vormt voor de menselijke gezondheid of het milieu. Agglomeraties van meer dan 10.000 IE die lozen in een dergelijk risicogebied zullen ook volgens een gedefinieerd tijdspad quaternaire zuivering moeten doorvoeren.
  • Bovenstaande installaties moeten een minimaal verwijderingspercentage halen van 80% in verhouding tot de belasting van het influent. Het verwijderingspercentage wordt berekend voor minstens zes stoffen geselecteerd uit de twee lijsten hieronder, waarbij er tweemaal zoveel stoffen uit Categorie 1 moeten worden meegenomen in vergelijking met Categorie 2 (en tijdens omstandigheden van droogweerafvoer). Als het gemiddelde verwijderingspercentage van die zes geselecteerde stoffen samen 80% of meer bedraagt, functioneert de installatie in overeenstemming met de bepalingen in de richtlijn.
    • Categorie 1: Amisulprid, Carbamazepine, Citalopram, Clarithromycin, Diclofenac, Hydrochlorothiazide, Metoprolol, Venlafaxine 

    • Categorie 2: Benzotriazole, Candesartan, Irbesartan (CAS No 138402-11-6), mixture of 4-Methylbenzotriazole and 5-Methylbenzotriazole 

  • Volgens het principe ‘de vervuiler betaalt’ zullen producenten die producten op de EU-markt brengen die bijdragen aan micropolluenten in huishoudelijk afvalwater verantwoordelijk zijn voor de extra zuiveringskosten. Dat stimuleert de ontwikkeling van milieuvriendelijkere producten (art 9).
  • Er is ook een verhoogde aandacht voor verontreiniging en microplastics die in het leefmilieu terechtkomen via de regenwaterafvoer (art 5).

Industriële emissierichtlijn

De huidige IED die van kracht is sinds 2010 regelt welke stoffen industriële installaties mogen lozen in de lucht, het water en de bodem via individuele vergunningen op basis van sectorspecifieke richtlijnen die bekend staan als Best Available Technique Referentiedocumenten (BREF’s). Ook hier is er een verhoogde aandacht voor (potentieel) zorgwekkende stoffen en wordt er ingezet op het verstrengen van de lozingsnormen. Daarover kan je meer lezen in dit artikel.

Reach -  Uitfasering van PFAS

Op 7 februari 2023 heeft het EU-agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA) een voorstel gepubliceerd voor een verbod op meer dan 10.000 verschillende PFAS stoffen. Op 13 maart 2024 heeft het ECHA aangekondigd hoe haar twee wetenschappelijke comités het voorstel zullen blijven evalueren om per- en polyfluoralkylstoffen (PFAS) in Europa te beperken.

Dataplatform

Via het wetgevende initiatief “Proposal for establishing a common data platform on chemicals” van de Europese Commissie wordt ingezet op de ontwikkeling van een gemeenschappelijk gegevensplatform over chemische stoffen. Daarin wordt alle relevante info samengebracht en ontsloten (rond bijvoorbeeld fysico-chemische eigenschappen, risico’s, of verspreiding). Dat moet ook bijdragen tot de uitrol van een early warning en actiesysteem voor opkomende chemische risico’s.